
Title | : | De stille zomer |
Author | : | |
Rating | : | |
ISBN | : | - |
Language | : | Dutch; Flemish |
Format Type | : | Kindle , Hardcover , Paperback , Audiobook & More |
Number of Pages | : | 111 |
Publication | : | First published January 1, 1962 |
De stille zomer Reviews
-
Melancholieke roman, in één aaneengesloten stuk geschreven met een magisch realistische inslag. Intrigerend boekje.
-
Ooit zei Ward Ruyslinck in een interview dat het niet goed is om populair te zijn bij scholieren, want dat je dan later als schrijver wordt uitgespuwd.
Ikzelf heb vroeger veel Ruyslincks gelezen, eerst inderdaad via de school, daarna op eigen initiatief. Ik vond hem goed.
Maar ja, ik had toen verder nog niet veel gelezen.
Nu vroeg ik me af waarom Ruyslinck compleet vergeten is en ik herlas “De stille zomer”. Ik herinnerde me niets meer van het verhaal. Hàd ik het eigenlijk wel gelezen?
Het verhaal is dan ook niet veel zaaks.
Wat een tegenvaller. Vond ik zoiets echt goed vroeger, … zo’n 40 jaar geleden?
Nee. Een flauw verhaaltje. Rare zinnen. En de sfeerschepping, van een warme, stille zomer kon ook wel beter.
“Een van de beste kleinere werken van Ruyslinck, die ervoor werd bekroond met de prijs van de Vlaamse lezer”. (d.i. een deel van de flaptekst.)
Een citaat:
“’Kijk, daar ligt een handschoen,’ zei ze.
Ik keek niet naar de handschoen, want ik had in mijn leven al wel duizenden handschoenen gezien, met of zonder hand er in, maar geen enkele had me ooit iets dichter bij de eeuwige waarheid gebracht. Het was een dood aanhangsel van de wijsbegeerte, het vijfvingerige overtrek waarmee de zondige mens zijn bezoedelde hand bedekte en aan het openbare misprijzen onttrok.”
Zulke zinnen zijn kenmerkend voor Ruyslinck. -
De Ontaarde Slapers van Ruyslinck vond ik veel mooier. Dit verhaal over een geile jonge man die in een zomerse, verlaten stad probeert te schrijven danwel twee meiden te versieren met een snuf existentiële crisis die bij zijn leeftijd en vak hoort, slaat bij mij de plank mis.
De lange, zware zinnen zijn te duidelijk door bewuste keuzes gevormd, de saus is verzadigd met smaakversterkers van artisticiteit en eruditie (nee, ik kan het niet, vreselijk, maar voor 't idee laat ik het maar staan). De zinnen zijn alsnog soms mooi, maar de woordkeus en analogieën in z'n proza vestigen herhaaldelijk de aandacht op zichzelf.
Het boekje wil te graag, net als de hoofdpersoon, en dat is eigenlijk wel mooi. -
Duidelijk een product van z'n tijd maar tegelijkertijd bezit het eeuwigheidswaarde: een licht tragisch schrijversfiguur dat niet goed wat waarnaar hij op zoek is, maar in z'n jeugdige fatalisme toch (nog) met grote ogen naar de wereld kijkt. Ik las het in de zomer, het kwam toevallig op mijn pad, en het versterkte het plezier dat ik altijd schep in de melacholie van een wat leegelopen stad zo gedurende een aantal weken. Het was een hele warme, maar ook stille zomer en die is nu wel echt voorbij.
-
Het is misschien een zeer fijn, vergeten boekje, van de hand van een auteur die niet vaak in de leeslijsten verschijnt. Mijn favoriet van Belgische bodem: verfijnd, beschamend en prachtig geschreven. Ik geloof dat de bijtende humor van Ruyslinck een voedingsbodem was voor menige grap van Woestijnvis - hoewel de finesse veel verder is gedreven.
Absolute favourite and if ever there was a reason to learn Dutch, this little book is it. -
Een boek uit 1962 dat leest als een staaltje van de zeitgeist . Een beetje existentialisme, een modieuze afkeer van de consumptiemaatschappij, een sneufje magisch-realisme. De schrijver als eenzame figuur, soms heel grof, soms heel fijngezield.
De ikfiguur is een schrijver zonder inspiratie. Hij huurt een kamer in het huis van de kleinburgerlijke Mr. Plus en diens dochter Els. Op een dag wandelt de held door de stad, mijmerend over de leegheid van het bestaan en andere vrolijke onderwerpen. Hij ontmoet een mooi meisje en na wat heen-en-weer gepraat waarin ze hem een aantal malen "Stik maar" zegt, gaat hij met haar mee naar het door ratten geinfesteerde kraakpand waar ze woont. Haar verleidingspoging loopt fout en de ikfiguur laat haar alleen achter in die gure buurt. Een paar dagen gaan voorbij en de ikfiguur probeert zich te verstrooien door Els te versieren. Zij reageert heftig en de ikfiguur houdt er een bloedneus aan over. Hij beslist van Stikmaartje nog eens op te zoeken, en gaat weer eens door de stad zwerven. Maar ze is niet thuis, en een onsmakelijke buur vertelt hem dat ze door de politie is opgepakt wegens haar betrokkenheid bij een bankoverval. De held druipt af, maar geen nood, hij voelt de inspiratie die hem al maandenlang ontweek, weer naar boven komen.
Het boek is goed geschreven, maar de taal komt toch nogal gekunsteld en ver-gezocht door. De held heeft weinig op met de mensheid, en spot naar hartelust met het bekrompen bestaan van Mr. Plus en Els. Het nachtelijke rondzwerven en de zinloze interactie met Stikmaartje doen denken aan de rusteloosheid van de karakters van Jack Kerouac (de held zegt op een bepaald ogenblik dat hij geen beatnik is!). Stikmaartje's marginaliteit als bewoonster van een oud krot, en haar rol in een dwaas opgezette en incompetent uitgevoerde bankoverval past ook in het kader van de "petty criminals" die je in de beatliteratuur terugvindt.
Misschien kan er iemand een thesis schrijven over de invloed van de beats op Ward Ruyslinck.